Het betreft voorstellen voor de PRM- en de FRM-verordening. PRM (Plant Reproductive Material) komt in de plaats van de EU-handelsrichtlijnen voor landbouwgewassen, groentezaden, groenteplanten, fruitbomen en wijnstokken. FRM (Forest Reproductive Material) komt in de plaats van de huidige EU-richtlijn voor bosbouwkundig teeltmateriaal.

LTO maakt zich grote zorgen over de consequenties van de nieuwe voorstellen voor de beschikbaarheid van uitgangsmateriaal. Volgens LTO hebben de voorstellen fundamentele gebreken waardoor de nieuwe regelgeving niet werkbaar kan zijn voor de praktijk.

Het PRM-voorstel bevat bovendien nieuwe duurzaamheidsverplichtingen die een extra drempel opwerpen bij veredelaars: om voor nieuwe rassen een registratie aan te vragen. Als gevolg daarvan zullen er minder (en met vertraging) nieuwe rassen op de markt komen. Daarmee zal de wetgeving averechts werken: voor de verdere verduurzaming van teelten is snelle toegang tot nieuwe rassen en een grote variatie aan beschikbare rassen juist cruciaal.

De voorgestelde regelgeving werpt ook een extra drempel op met voorwaarden voor het importeren van onder andere zaden van buiten de EU.

LTO pleit ervoor om de voorstellen aan te passen waarin deze belemmeringen worden weggenomen.