Foto: Laxsjon Plants/Studio de Swart

Al meerdere malen was Henk Huijsman (56) gevraagd om de voorzittershamer van André Wijnstra over te nemen, daarbij gestimuleerd door verschillende kwekers en bestuurders. Zelf is Henk geen kweker, maar hij heeft samen met Loek Jochems en Evert Jansen het handelsbedrijf Laxsjon Plants in Zundert en Otterlo. „De handel heeft kwekers nodig, en andersom ook. Ik loop nu al zolang in de kwekerswereld mee, zeker ook in Zundert, dat ik denk dat ik ze goed kan vertegenwoordigen als voorzitter van de landelijke cultuurgroep.”

Wat is je achtergrond?

„Ik ben echt een bosbouwer. Tijdens mijn studie Bosbouw in Larenstein kwam ik in aanraking met bosplantsoen. Ik ben in 1989 afgestudeerd op het kweken van bosplantsoen in pluggen, waar bosbouwers in Scandinavië toen al volop gebruik van maakten. De toenmalige Heidemij was er destijds ook voor Nederland over aan het nadenken.”

Hoe rolde je in de kwekerswereld?

„Na mijn studie kon ik gelijk aan de slag gaan bij PVM, via Johan Vink die eerst nog bij de Heidemij werkte (en nu voorzitter is van handelsgroep BoHeZa). Bij PVM heb ik 27 jaar gewerkt in de in- en verkoop en leveringen aan beplantingsprojecten. Zes jaar geleden ben ik met Loek Jochems zelfstandig geworden en zijn we Laxsjon Plants begonnen; later is Evert Jansen erbij ingestapt. Intussen is m’n netwerk behoorlijk goed, zowel van kwekers als internationale klanten. Juist dat is belangrijk.”

Hoe gaat het inwerken als voorzitter?

„Goed, ik ben me nog aan het worstelen door veel stukken! Onze sector staat immers voor verschillende uitdagingen, waaronder een paar grote: het convenant ten behoeve van de Bossenstrategie en de gewasbescherming op zaaibedden – met name dus afbrandmiddelen. Afgelopen week heb ik al een paar besprekingen gehad over het convenant.”

Wat is de status van het convenant?

„Het concept is bijna klaar om te ondertekenen. André Wijnstra heeft er de laatste vier jaar veel tijd en energie in gestoken. De ondertekening zal in december gebeuren, ook door Staatsbosbeheer. Ik merk dat Staatsbosbeheer nu erg welwillend is, open is over zaadoogsten en zaadvoorraden, en dat er een goede vertrouwenspositie is. Als het convenant er ligt, kunnen alle spelers in de bosplantsoenketen elkaar meer helpen.”

Bij de uitvoering van de Bossenstrategie?

„Ja, de Bossenstrategie is heel erg bepalend. De vraag is nog of de overheid voldoende grond beschikbaar krijgt om tot 2030 de naar schatting 161 miljoen bomen en struiken te kunnen planten. De productiekant kan best opschalen, maar we moeten zeker als LTO wel goed de vinger aan de pols houden: alles wat de overheid belooft, moet wel waar te maken zijn. Kwekers investeren namelijk in duur zaad; dan moet er later ook afzet voor de planten zijn. Ik zie het allemaal wel positief in.”

Hoe ga je het voorzitterschap combineren met je handelsbedrijf?

„Nou, we zitten momenteel in de drukste weken van de handel…! Vanaf half november weten we weer waar we aan toe zijn. Met Laxsjon Plants hebben we veel groei doorgemaakt. We begonnen 6 jaar geleden met 5 medewerkers, nu zijn we totaal met 26 medewerkers. Bij mij op kantoor in Otterlo zijn we inmiddels met 11 medewerkers. Dat werk maakt ons en mij flexibel, en tegenwoordig kun je met Teams heel snel 1 uurtje overleg plannen. Afstand is niet meer een probleem, hoewel fysiek vergaderen met elkaar nog steeds de voorkeur heeft.

En op kantoor is al tegen me gezegd: ‘als je weg zou moeten voor de cultuurgroep, dan pakken wij je werk in Otterlo wel meer op’. Dat geeft me een goed gevoel. We verhandelen wel een compleet sortiment bomen en planten, maar het bosplantsoen ligt me nauw aan het hart.”

Arno Engels