‘Weerbaar telen begint met vruchtbare grond’
Boomkwekerij Maarten van Overbeek produceert een uitgebreid sortiment laanbomen, sierbomen, meerstammige bomen en vers geleide leibomen, op een totaal van 60 ha in Oirschot. Op dit bedrijf vindt donderdag 17 oktober, vanaf 13.00 uur, de Dag van Innovatiekringen plaats: met workshops van deskundigen over allerlei thema’s rondom weerbaar telen en emissie beperken.
Hoe ziet weerbaar telen op je bedrijf eruit?
„Weerbaar telen begint met vruchtbare grond. We houden de grond vruchtbaar door altijd en minstens één jaar, voordat de boomteelt begint, een groenbemester te telen, afhankelijk van de grondsoort en de bodemkwaliteit. En voordat we op een perceel beginnen, is het ingericht met peilgestuurde drainage. Zodat we het afvoeren van water kunnen sturen, maar ook het opvoeren via capillaire werking. In de toekomst willen we aflatend water in het gebied houden, bijvoorbeeld in een onderste bodemlaag.”
En hoe bemest je de grond?
„Met stalmest. We zijn nu bezig met Kopros, dat is biologisch getransformeerde mest van een veehouderij. Er zijn bacteriën en schimmels aan toegevoegd die de afbraak van de mest verbeteren, en daarmee de beschikbaarheid in de bodem verhogen. Kopros bindt de ammoniak en voorkomt daarmee emissie van ammoniak. En het stinkt niet. Er worden nu metingen uitgevoerd om Kopros erkend toegelaten te krijgen.”
Hoe maak je de grond plantklaar?
„Niet met kerende grondbewerking, dus niet met ploegen, maar met dieptanden. De groenbemesters klepelen we en werken we met een schijveneg de grond in. Met het planten voegen we mycorrhiza toe, zodat de wortels van de bomen direct in contact komen met de schimmels en een goede start krijgen.”
Hoe beheers je vervolgens het onkruid?
„Dat doen we mechanisch en op gps, met verschillende machines van DvO Engineering die we links en rechts in de breedte kunnen verstellen. We schoffelen er ook mee in de rij, en naast de grasbanen die tussen de meerstammigen liggen en tussen een deel van de laanbomen. Daarnaast laten we de Aigro Up het gras maaien; deze lichte robot beperkt de bodemdruk wat we terugzien in een betere groei van de bomen. Volgend jaar gaan we meer schoffelen met de Aigro 4x4.”
Wat doe je aan gewasbescherming?
„Chemisch bijna niets, we gebruiken zoveel mogelijk biologische middelen. Ik ben ervan overtuigd dat chemische middelen juist groei kosten. Bomen groeien vier maanden per jaar, door chemie rem je die groei.”
Kijk je voor weerbaarheid ook naar je sortiment? Kweek je bijvoorbeeld ziektegevoelige soorten niet meer?
„Door onze maatregelen kunnen we nog altijd een uitgebreid sortiment gezond kweken. In het verleden spoten we bijvoorbeeld altijd tegen galmijt, maar nu mag galmijt in bomen komen: op den duur groeit het eruit. En als er beukenbladluis in komt: lieveheersbeestjes ruimen die wel op.”
Wat doe je aan emissiebeperking?
„We hebben een overdekte spoel- en vulplaats waarin al het water wordt opgevangen. Daarbij is een Phytobac die het water op een natuurlijke manier zuivert van restanten middelen. Als we spuiten – met natuurlijk een driftreducerende machine – blijven we altijd 7 m van de sloot af. Je voorkomt ook veel emissie als je gaat schoffelen in plaats van spuiten!”
Hoe zie je de toekomst van je kwekerij, vanaf 2030 wanneer alle teelten ‘weerbaar’ en ‘nagenoeg emissieloos’ moeten zijn?
„Dan gebruiken we geen chemische middelen meer. We passen dan nog meer robotisering toe qua schoffeltechniek. Met robotisering bespaar je mankracht, bodemdruk én middel.”
Kwekers en medewerkers zijn van harte uitgenodigd om de Dag van Innovatiekringen, donderdag 17 oktober bij Boomkwekerij Maarten van Overbeek, bij te wonen (wel/geen lid LTO). Het programma volgt binnenkort. Meld je alvast aan via deze link.
Arno Engels