Uitbreiding EU-lijst invasieve exoten

vrijdag 10 juni, 2022

Het Europees Comité Invasieve Exoten heeft onlangs een voorstel aangenomen om de EU-lijst van invasieve exoten met 22 soorten uit te breiden. Dat gebeurt naar verwachting in juli 2022.

Anneke van Dijk

Dit betekent dat de volgende plantensoorten worden toegevoegd aan de Unielijst van invasieve exoten: Pistia stratiotes, Celastrus orbiculatus, Koenigia polystachya en Hakea sericea. Voor Pistia stratiotes is een overgangstermijn van 2 jaar afgesproken, voor Celastrus orbiculatus een overgangstermijn van 5 jaar.

Naar verwachting wordt de uitbreiding in juli 2022 van kracht. De exacte datum van inwerkingtreding wordt bekend zodra de Europese Commissie de uitvoeringsverordening publiceert. De Unielijst hoort bij de Exotenverordening 1143/2014. Voor soorten op de lijst geldt een groot aantal geboden en verboden. Zo mogen de soorten niet meer worden gehouden, gekweekt, verhandeld, geïmporteerd of vervoerd (behalve in het kader van uitroeiing). Ook moeten EU-lidstaten maatregelen nemen als de soorten zich vestigen.

LNV zet in op overgangstermijn en compensatieregeling

Begin dit jaar heeft het ministerie van LNV, in een brief aan de Tweede Kamer, over de voordracht van Celastrus orbiculatus aangegeven in te zetten op een overgangstermijn van 5 jaar. Daarnaast zet het ministerie zich in voor een schaderegeling, als toevoeging aan de EU-verordening invasieve exoten.

LNV geeft aan dat de overgangstermijnen met veel moeite voor elkaar zijn gekregen. Geconstateerd is dat er bij de Europese Commissie en lidstaten weinig draagvlak bestaat voor de Nederlandse wens om rekening te houden met (mogelijke) financiële impact op bedrijven. De invasieve eigenschappen van een soort, en de schadelijkheid en ecologische impact op natuur en eco-systemen, zijn volgens de criteria van de Exotenverordening bepalend voor plaatsing op de Unielijst.

Inzet LTO Vakgroep

De LTO Vakgroep hanteert voor de inzet rondom invasieve exoten de volgende uitgangspunten:

  1. Een voldoende lange overgangsperiode voor de kwekers, vermeerderaars, veredelaars en handel;
  2. Een financiële compensatieregeling, voor kweker uit regio’s waar de plantensoort niet invasief is, maar wel te maken hebben met de gevolgen van de plaatsing van de soort op de EU-lijst;
  3. Meer focus op preventie: op invasieve soorten die (vrijwel) nog niet aanwezig zijn in de EU;
  4. In de verordening mogelijkheid bieden voor regionale lijsten. Eén lijst met invasieve soorten voor het gehele EU-grondgebied houdt geen rekening met het feit dat plantensoorten slechts in een deel van de EU invasief zijn, terwijl hier in de rest van de EU soms helemaal geen sprake van hoeft te zijn;
  5. Plantenziekten en -plagen horen niet op de EU-lijst van invasieve exoten. Deze soorten worden (indien nodig) gereguleerd via de EU-Plantgezondheidsverordening

Gepleit voor regionale aanpak

De LTO Vakgroep had bij de Europese Commissie gepleit om Celastrus orbiculatus niet op de EU-lijst van invasieve exoten te plaatsen, omdat deze soort slechts in een deel van de EU invasief is. De LTO Vakgroep had gepleit voor een regionale aanpak, samen met Royal FloraHolland. Celastrus orbiculatus wordt namelijk ook als snijheester geteeld. De European Nurserystock Association had bij de Europese Commissie eveneens aangedrongen op het niet-plaatsen van Celastrus orbiculatus, en de grote economische schade voor kwekers naar voren gebracht.

Ook was gepleit voor Pistia stratiotes, omdat deze soort de winterperiode in grote delen van Europa niet overleeft. In de landen waar Pistia invasief is, met name Portugal en Spanje, is Pistia reeds opgenomen op de nationale lijsten met invasieve exoten.

Anneke van Dijk

Meer nieuws

© 2024 LTO Vakgroep Bomen en vaste planten - LLTB - LTO Noord - ZLTO
Disclaimer - Privacy statement