Jilke volgt de tweejarige BBL-opleiding tot medewerker teelt van Helicon, waarvoor ze in dienst is bij H. van Doorn Vaste Planten in Venhorst. We spreken haar even op het Brabantse bedrijf waar het dit voorjaar (uiteraard) druk is met het afleveren van planten gekweekt in P9. Daarnaast is de vermeerdering in volle gang, zoals het scheuren van Hosta en het stekken van Stachys, plus het machinaal snoeien van allerlei soorten in de kas.

Wat is je achtergrond, wat doen bijvoorbeeld je ouders?

„Mijn moeder werkt op een kinderdagverblijf, mijn vader doet vrijwilligerswerk. Ik ging eerst naar het vmbo, daar was vooral aandacht voor zorg, bouw, elektro en dienstverlening. Niks over planten. Het ging wel iets over dieren, over hokken schoonmaken. Er gingen wat vriendinnen de zorg in, maar dat is niks voor mij. Ik ben altijd al liever buiten bezig.”

Had je toen al een beeld van de boomkwekerij?

„Nee, wist ik veel, in het begin… Op de basisschool dachten we niet aan bomen, we kregen er niet echt een beeld van, laat staan dat we dachten: daar willen we later in werken. Op de basisschool kwam nooit iemand iets vertellen over bomen, planten of kwekerijen.”

Hoe ben je in aanraking gekomen met de planten?

„We wonen in Boekel en via via kwam ik op de kwekerij van Maarten Bloemen terecht. De planten vond ik daar wel leuk, maar het was er puur stekken en binnen zitten. Toen zei Maarten: ’ga eens bij Henrico van Doorn kijken’. Hier werk ik nu sinds vorig jaar. Het werk bevalt me hier heel goed.”

Nu weet je waarom vaste planten zo heten?

„Omdat ze vast in de winter buiten kunnen staan! De planten sterven dan boven de pot of de grond af, dan kun je er bijna niets meer aan zien. In het voorjaar komen ze weer terug.”

Wat heb je intussen van het sortiment geleerd?

„Op school heb ik alleen bomen geleerd, ik weet wel wat een eik is, haha, maar daar heb ik bij Van Doorn niet zoveel aan! Ik leer hier steeds meer soorten vaste planten kennen, doordat ik ermee bezig ben. En er hangt overal een etiket aan, een plantenpaspoort met de naam erop, de code van de kwekerij. Deze plant (foto) is bijvoorbeeld Symphytum.”

Wat vind je het leukste werk?

„Het klaarmaken van bestellingen vind ik het leukst. Omdat ik dan buiten bezig ben, afwisselend met zoveel soorten planten. Het is natuurlijk goed kijken naar het soort, de locatie waar het staat, en de plant zelf: is die goed voor de klant, zijn de wortels goed, is de plant gezond, zit er bijvoorbeeld geen schimmel op.”

Ga je na de opleiding nog verder leren?

„Dat weet ik nog niet. Door corona hebben we tot nu toe veel online les gehad, dat vond ik lastig en ook niet echt leuk – ik zit toch het liefst gewoon in een klas. Kijken hoe het loopt. Misschien ga ik nog verder leren. Of een cursus volgen, dat kan ook altijd nog.”

Kun je 5 jaar vooruitkijken?

„Dan werk ik nog steeds in de planten, daar ga ik wel vanuit.”

Arno Engels