Harrie (52) komt oorspronkelijk uit Winschoten, maar hij woont al jaren in Dordrecht met zijn vrouw en twee kinderen. Vanuit Zuid-Holland heeft hij diverse management- en verkoopfuncties gehad in de boomkwekerij en de tuinbouw. Zo werkte hij bij Royal FloraHolland, Javado, Royal Brinkman en PPO (nu Wageningen University & Research). Als bedrijfskundig en financieel adviseur heeft hij diverse ondernemers in regio Boskoop, Zundert en Opheusden geholpen met vraagstukken omtrent ondernemerschap.

Sinds maart 2021 is Harrie fulltime ondernemer bij Boomkwekerij Richard Dorst in Hazerswoude-Dorp. Dit bedrijf produceert een breed sortiment klimplanten, heesters en klein fruit. Op circa 10 ha, verdeeld over vollegrond, pot- en containerteelt en kassen.

Het vakgroepbestuur heeft Harrie nu benoemd tot nieuw bestuurslid. Daarmee komt hij in de plaats van Michiel Gerritsen die begin dit jaar bij de landelijke vakgroep is gestopt (maar nog wel actief is, onder andere als voorzitter van Belangenbehartiging Greenport Boskoop).

Gefeliciteerd met je benoeming! Hoe kom je bij het bestuur uit?

„Ik had gelezen dat Michiel was gestopt, maar ik heb niet zoveel ervaring met besturen en processen in de belangenbehartiging. Ik ben niet zo van ’veel praten en weinig actie’, maar wel van ‘lange termijn’ en ‘erbovenop kijken’. Dat heb ik gedaan bij individuele ondernemers. Hoe gaat het besturen bij LTO en bij de vakgroep, dacht ik. Nou, toen heb ik eerst contact gezocht met secretaris cultuurgroepen Gerrit Peeters – want ik kende hem al – en daarna met voorzitter Aad Vollebregt.”

Je hebt al een bestuursvergadering bijgewoond. Hoe is dit bevallen, en wat is je opgevallen?

„Het was even wennen. De landelijke zaken die aan de orde kwamen, zijn voor mij nog wat ver van mijn bed, maar het zijn wel zaken die de bestuurders en LTO belangrijk vinden voor onze sector. Ik kan me wel voorstellen dat je als kweker die druk is met z’n eigen productie en verkoop, kan denken: ‘Wat krijg ik terug voor m’n LTO-lidmaatschap?’ of ‘Zonder mij praten ze toch wel’. Je moet er wel een goed gevoel bij hebben. Een regionale organisatie zit dichter bij de ondernemer – dat merk ik hier met Greenport Boskoop, maar dat heb ik ook gemerkt bij Treeport Zundert en Tree Centre Opheusden.”

Welke portefeuille krijg je in het vakgroepbestuur?

„Daar is nog niet concreet over gesproken. Ik heb wel aangegeven wat ik leuk en belangrijk vindt.”

Wat is je beeld van onze sector?

„We hebben financieel een paar hele goede jaren gehad, je merkt dat de markt nu iets minder wordt. Ondernemers hebben wel behoefte aan bepaalde zaken, zoals personeel. We hebben een prachtvak, maar ik vind dat we nog te weinig doen om onze sector echt sexy te maken. Hoe kunnen we andere en jongere mensen aantrekken, onze sector interessant en aantrekkelijk maken qua werkomgeving? Er is volgens mij nog zat mogelijk. Zo werkt nu bij ons op kantoor een verkoper die eerst in olie en gas actief was.”

Hoe ben je zelf in ons vak gerold?

„Ik had er eerst niets mee te maken. Heel lang geleden ging ik vakantiewerk doen in de rozenonderstammen. Dat vond ik wel leuk. Na de meao zag het uitzendbureau dat ik in de planten had gewerkt, vanuit daar kwam ik terecht bij het Winschoter Rosarium. Dat combineerde ik met één dag in de week naar de tuinbouwschool in Eelde. Daarna werd ik bedrijfsleider op een tuincentrum in Winschoten. Toen had ik al 100% passie voor groen.”

En vanuit Groningen naar Zuid-Holland?

„Ja, en terwijl ik fulltime bij Brinkman werkte, heb ik aan de HAS in Den Bosch nog de opleiding Bedrijfskunde & Agribusiness gevolgd. Nu ben ik fulltime actief als ondernemer bij Richard Dorst, omdat Richard en ik elkaar heel lang door en door kennen. Hij was één van mijn eerste klanten als zelfstandig adviseur. Mijn dagelijkse werk in Boskoop geeft mij een goed beeld van wat in deze regio speelt, en wat ik kan meenemen in het landelijke vakgroepbestuur. Ik zit er persoonlijk in.”

Arno Engels